OM door de ogen van TM

Hoe kunnen OM en TM elkaar versterken?

Hoe kunnen technisch management en omgevingsmanagement elkaar verder helpen? In deze aflevering de visie van technisch manager Niels van Rijswijk op het snijvlak van OM en TM. Een goede chemie is belangrijk voor de samenwerking, maar ook openstaan voor elkaars rollen en basiskennis van elkaars vak. En welke rol kunnen visualisaties helpen in meer wederzijds begrip tussen project, beheerder en omgeving?

Transcript aflevering:

Carlijn: Welkom bij een nieuwe aflevering van omgevingsmanagement, de podcast. Mijn naam is Carlijn Bergshoeff en mijn gast van vandaag is Niels van Rijswijk. Welkom, Niels!

Niels: Goeiedag Carlijn.

Carlijn: Wil je wat meer over jezelf vertellen?

Niels: Jazeker. Ik ben Niels van Rijswijk, technisch manager bij de provincie Noord-Brabant is op dit moment de rol die ik invul en dat doe ik vanuit ons eigen bedrijf ProReNi. ProReNi is een projectmanagementbureau dat ik samen gestart ben met mijn compagnon Remco van den Brink en sinds kort is daar Stefan van den Helder bij aangesloten. En wij zijn eigenlijk allemaal techneuten en dat is wat ons bindt: techniek.

Carlijn: Ja, en dat is eigenlijk precies waarom ik jou gevraagd heb voor deze aflevering, want wat eigenlijk centraal staat in mijn podcast is het verkennen van het onderwerp omgevingsmanagement en we duiken verder in projecten en soms ook in onderwerpen en dat is een manier om jezelf beter te leren kennen en te zien: hoe gaan we het vak nou verder ontwikkelen? Maar mijn idee is van: soms leer je jezelf beter kennen door de blik van buiten. En ik dacht: wat nou als ik nu eens met een technisch manager het gesprek aanga over het omgevingsmanagement en ja, jij staat wel bij mij bekend als iemand met een hele uitgesproken mening, dus vandaar dat ik dit wel eens met jou wilde proberen. Dus als ik dan los mag barsten.. In je introductie vertelde je dat je nu bij de provincie Brabant zit, maar je hebt ook ervaring bij Rijkswaterstaat en bij het waterschap bij hoogheemraadschap van Rijnland, waar bij elkaar ontmoet hebben. Dus je hebt ook heel veel verschillende projecten gehad en verschillende omgevingsmanagers gehad. Kan jij in z'n algemeenheid iets zeggen als technisch manager: wanneer helpt omgevingsmanagement jou nou verder?

Niels: Ja, ik ben met heel veel omgevingsmanagers in aanraking gekomen gedurende de verschillende projecten en de verschillende opdrachtgevers en eigenlijk is het eerste wat mij daarin opvalt, is dat geen één omgevingsmanager hetzelfde is. En dat klinkt natuurlijk logisch, want geen enkel mens is hetzelfde, maar er bestaat niet zoiets als een opleiding voor omgevingsmanagement zoals je dat natuurlijk in het vakgebied civiele techniek wel hebt. Daar heb je natuurlijk gewoon de opleiding civiele techniek of verkeerskunde, maar dat is heel erg aan elkaar gerelateerd. En het interessante aan omgevingsmanagement is dat de omgevingsmanagers van allerlei opleidingen en achtergronden komen en je ziet daar ook heel grote verschillen in niveau. Dus ja, dat is het eerste. En als je dan kijkt naar omgevingsmanagers, wat moeten die mij nou komen brengen of wat kan ik met hun samen goed oppakken? Ja, dan gaat het eigenlijk niet over één ding specifiek, maar het gaat er gewoon om dat je als technisch manager en omgevingsmanager een bepaalde chemie moet hebben om met elkaar, ja, de opgave die er ligt - en dat is meestal in de ruimtelijke sfeer - goed op te pakken. En dan is het heel fijn als een omgevingsmanager zich kan verplaatsen in de techniek die je met elkaar wil gaan uitvoeren, of dat nou het aanleggen van een weg is of van een waterkering of van een gemaalbouw. Maar als je met elkaar snapt wat je aan het doen bent qua inhoud, dat is heel belangrijk. Daar moet ik gelijk bij zeggen dat dat ook omgekeerd geldt, dat als technisch manager het heel fijn is als je begrijpt waarom een omgevingsmanager nou af toe met lastige vragen komt, maar ook waarom sommige dingen af en toe misschien handiger zijn om niet te zeggen. Dat kom je ook wel eens tegen. Er zit toch iets van ja - hoe moet je dat zeggen - smaakverschil in qua mensen, techneuten en omgevingsmanagers. Maarja, dat geldt eigenlijk voor het hele IPM werken.

Carlijn: Ja, nou, dat vind ik allemaal heel mooi verteld. En kan je een voorbeeld geven van een project waarin je écht zegt van nou, daar liep het echt als een trein met omgevingsmanagement.

Niels: Nou ja, het project waar ik nu aan werk, bij de realisatie van de N395 tussen Hilvarenbeek en Oirschot - dan moet ik de aannemer die dat werk uitvoert ook credits geven en de omgevingsmanagers die eraan gewerkt hebben - gaat het heel goed. Weinig klachten vanuit de omgeving. Klachten die er zijn worden adequaat opgepakt. En op het moment dat er dan oplossingen verzonnen moeten worden omdat iets technisch toch niet haalbaar blijkt, dan zijn de lijnen kort, wordt er snel met elkaar geschakeld, staan we snel buiten fysiek om te kijken van: wat kunnen we nou oplossen? En hoe kunnen we nou ook die bewoners of andere partijen helpen om hun probleem, waar zij zo direct als wij weg zijn na het project dagelijks mee geconfronteerd worden, te verhelpen of te verbeteren? Ja, dat gaat heel goed.

Carlijn: Ja, dus het klinkt gewoon echt alsof jullie met OG en ON als één team samenwerken, en dan ook technisch management en omgevingsmanagement.

Niels: Ja, zeer zeker, maar ik denk dat je het werk in een IPM team eigenlijk breder zou moeten trekken. We hebben het hier natuurlijk over TM en OM. Ja, het is natuurlijk uiteindelijk met z'n vijven en misschien wel zelfs met z'n zessen als je de ondersteuner erbij neemt (meestal niet een IPM plaatje getekend, maar wel heel waardevol ook voor om omgeving, denk ik, als je het hebt over heel veel ondersteunende diensten). Maar als je met z'n vijven een goede chemie hebt, een samenwerking hebt en ook af en toe op elkaars stoel durf te zitten, dan doe je het het beste en benut je iedereens kracht. Ja, dat zijn natuurlijk allemaal open deuren, maar het is wel iets waar je als team echt naar op zoek moet. En sommige omgevingsmanagers die hebben dat van nature en sommige minder en dat zal bij techneuten hetzelfde zijn. Maar bij dit project waar ik nu aan werk, heb ik wel het gevoel dat dat goed gaat. Er zijn natuurlijk ook voorbeelden denkbaar waarvan ik achteraf denk van oh, dit had heel anders gekund, maar ja, dat blijft, want het is ook een een samenstelling en een een setje die je creëert dat ook gewoon een beetje chemie moeten krijgen.

Carlijn: Ja, nou, dat geldt voor alles in het leven, denk ik. Maar als jij vertelt over de zesde man eigenlijk van het IPM team, ik dacht dat je toen de beheerder zou noemen.

Niels: Ja, nee, de beheerder, daar heb ik ook wel over nagedacht. Moeten we er misschien de zevende van maken? Nee, maar kijk, wij zijn slechts passant en we leveren iets terug aan een organisatie op inhoud maar ook met een bepaalde associatie. En vooral in die associatie zit natuurlijk een groot deel omgevingswerken, want die weg, die ligt er. Maar hoe het gegaan is, blijft misschien ook wel heel goed beklijven bij heel veel mensen. Dus hoe beter je dat neerzet, kan vormgeven, kan structureren vanuit omgevingsmanagement met de input vanuit techniek, ja, hoe beter je ook op dat vlak een succesvol project kan realiseren.

Carlijn: Ja, want ik zit even te kauwen op wat je net zegt, maar ik heb ook best vaak dat ik ergens binnenkom en dat mensen dan ervaringen van heel lang geleden tevoorschijn halen die ze dan hebben gehad met een projectorganisatie of met een voorganger van mij of soms met een vergunningverlener of een handhaver. En alles van jouw organisatie straalt af op jou op dat moment. En op je project.

Niels: Ja, je komt daar binnen en als eerste wat je krijgt is natuurlijk alle historie en ook alle negativiteit meestal. Althans de gesprekken die ik dan heb gehad, weinig gaat dat over van: wow fantastisch! Wat hebben jullie dat toen mooi gedaan voor mij. Meestal gaat dat over dat iets niet goed is gegaan. Maar ook dáár het begrip voor hebben en ook uitleggen af en toe vanuit de inhoud, techniek weer met omgeving samen, waarvoor die keuzes zijn gemaakt en waarom we dat als organisatie of als project zou hebben gedaan, ja, dat is heel belangrijk.

Carlijn: Wat ik ook leuk vind in jouw verhaal, je hebt het dan over de chemie, ook over verschillende achtergronden, maar jij staat als technisch manager dus best wel open voor de omgeving. Terwijl er ook IPM teams denkbaar zijn inderdaad, waarbij omgeving vooral als last wordt gezien en waarbij je als omgevingsmanager heel hard aan de kar moet trekken om daar toch een beetje tussen de oren te krijgen van "Goh, dat maakt uit en dat heeft belang en weet ik het wat". Ben je altijd open geweest voor omgeving? Of heb je specifieke ervaringen gehad waardoor je dacht van ja, dat moeten we wel serieus meewegen.

Niels: Nou, ik denk dat dat vooral te maken heeft met het traject naar mijn rol als technisch manager. Ik ben zelf bij een waterschap lang projectleider geweest, waar ik zelf die vijf disciplines mocht doen en daar ook wel, ja, met schade en schande geleerd dat als je de omgeving niet voldoende aandacht geeft of niet op een adequate manier meeneemt in je plannen en je ideeën, ja, dat je de mooiste ideeën kan hebben op inhoud en techniek, maar dan gaat het hem niet worden. Dus het is ook gewoon van belang dat de omgeving in de breedste zin goed wordt geïnformeerd en wordt meegenomen om uiteindelijk je doel - en dat is meestal toch die ruimtelijke ingrepen en dat schaar ik dan maar even onder techniek - te kunnen realiseren. Maar dat geldt ook voor contract. Het contract moet ook deugen en daar moet ook aandacht aan besteed worden op een juiste manier. Dus het is meestal toch echt dat vijftal en misschien in veel gevallen, dat het driehoekje contract, omgeving en techniek. Hoe beter dat met elkaar de verbinding heeft en hoe beter dat met elkaar overweg kan en de werkzaamheden kan bespreken, maar ook levelt op zowel omgeving, als contract, als techniek op inhoud, hoe meer dat volgens mij een een goede samenwerking bevordert.

Carlijn: En zie jij daar nog ontwikkelingen in of trends in de afgelopen jaren?

Niels: Uhm nee, mijn gevoel zegt dat omgevingsmanagement natuurlijk werkt vooral heel erg gezien vanuit de communicatie. Hé, we gaan brieven versturen en we gaan eens een keer een gesprekje hebben of een website bouwen. Ja, daar zie je wel steeds meer interactiviteit ontstaan. En dan kom je eigenlijk misschien toch bij dat zevende pootje van ons IPM team, de beheerder, uit. Want als je het hebt over hoe gaan we nou echt de bewoners nog meer meenemen, dan is dat natuurlijk ook zorgen dat hetgeen wat we maken of inpassen of beheren of onderhouden, dat we dat eigenlijk ook gaan visualiseren met elkaar, zodat het ook tastbaarder wordt. Wat ik merk, is dat heel veel 2D tekeningen niet te begrijpen zijn voor heel veel bewoners en dan kan je een omgevingsmanager mee naar buiten sturen, maar ja, dat is zo moeilijk om uit te leggen. Maar hoe mooi zou het zijn dat we met een beheerder - die daar natuurlijk nog verder mee moet met hun project - een techneut en een omgevingsmanager dat kunnen visualiseren in 3D en op die manier mensen ook echt mee kunnen nemen in real time. Dat we ook kunnen aangeven als we iets wijzigen, wat wat gebeurt er dan? Dus dat je bijna naar gaming toegaat om ook de bewoners aan de voorkant in te laten zien wat we doen en waarom we het doen.

Carlijn: Het is wel grappig hoor, want bij de Rijnlandroute hebben we dat wel. Dan kun je digitaal in een animatie al door de tunnel en de verdiepte ligging heen rijden en dan zie je al hoe de afslagen lopen. En ook hebben we daar een soort constructie gehad, dat heette DDI, de divergent diamond interchange geloof ik, waarbij het verkeer eigenlijk in tegengestelde richting ging rijden tijdens een kruising, in de tijdelijke situatie. De linksaf bewegingen werden vrijgegeven, waardoor je minder kruisend verkeer had. Maar dat was dus best wel ingrijpend voor de tijdelijke situatie. We hebben mensen ook laten oefenen, of tenminste, ik zat toen zelf niet op het project, maar mensen hebben toen geoefend in die modus van "werkt dat" en met een verkeerspsycholoog bekeken van "Goh, hoe kan je dat dan goed vormgeven?" En daar zijn toen echt wel heel veel lessen uitgehaald voor voor de definitieve inrichting.

Niels: Maar dan heb je het over een heel groot project, hé?

Carlijn: Ja, ik zit op een heel groot project.

Niels: Ja, waar er maar heel weinig van zijn, ja, niet de dagelijkse. En je spreekt over een uitvoeringsfase en de vraag is: had je dit niet helemaal aan de voorkant moeten doen, vóór alle procedures die gevoerd worden door heel veel partijen om dit soort plannen te beïnvloeden.

Carlijn: Denk jij dat als mensen een beter beeld hebben hoe het eruit komt te zien, dat je dan ook minder procedures zou hebben?

Niels: Dat kan je niet aan de voorkant zeggen, maar ik denk dat het voorkomen van procedures begint met begrip en mensen in kunnen laten zien wat het écht inhoudt, wat er nou écht gebeurt, fysiek in de leefomgeving, wat de impact is. Heel vaak willen wij natuurlijk oprecht het beste doen voor alle inwoners, maar kunnen wij ook altijd inschatten wat dat doet met die bewoner daar. Ja, daar zou misschien zoiets bij kunnen helpen.

Carlijn: Ja, en heb je nog meer dingen waarvan je denkt, goh, daar heb ik nou echt goede ervaringen mee?

Niels: Nee, niet per se, maar jij zegt: wat zou een trend kunnen zijn? Ik denk, dat zal mooi zijn als we hier verder mee komen, ook omdat dat de beheerfase helpt en dat is dan inderdaad weer naar het vijfde pootje toe van: als we dat gevisualiseerd hebben, in 3D hebben, dan kun je dat ook beter gaan beheren en onderhouden. Nou, daar gaat mijn techneuten hart natuurlijk ook wel een beetje sneller van kloppen, ja.

Carlijn: Ja. Hé, en als jij nou omgevingsmanagers nog wat wil meegeven vanuit jouw rol, wat zou dat dan zijn?

Niels: Nou ja, ik gaf het al aan hé van: Probeer met elkaar, en dat is niet alleen OM en TM, toch een bepaalde basiskennis van elkaars vakgebied te hebben, zodat het begrip over en weer groter wordt. Ja, dat zou mijn tip zijn voor teams in het algemeen, en niet zozeer voor OM of TM, maar gewoon in het algemeen. En denk dan aan de voorkant ook beter na over hoe je dat dus samenstelt zodat dat lekker gaat levelen, waardoor je dus makkelijker met elkaar door zo'n project rolt als team.

Carlijn: Nou, ik denk ook dat het goed is om daarin te blijven investeren, gaandeweg.

Niels: Ja zeker.

Carlijn: Nou Niels, dank je wel. Ik vond het heel leuk. Ik krijg wel een beetje het gevoel bijna dat ik de andere IPM rollen ook moet spreken om hun blik hierop te horen. Vooral als ik je zo hoor over contractmanagement, dan denk ik van: Goh, dat zou er dan nog wel eens eentje kunnen zijn...

Niels: Ik denk dat dit een mooie start is van een reeks "OM meets de andere rollen" en vergeet de projectbeheerser niet en de beheerder niet, want dat zijn ook, denk ik, hele belangrijke stakeholders binnen je project.

00:15:20Carlijn: Ja, nou, dank je wel, genoeg om het gesprek mee te voeren. Maar ik vond het heel leuk om jouw visie te horen, dus dank je wel daarvoor. En nou, mocht je het leuk vinden om dus meer te horen over omgevingsmanagement en meer te leren over omgevingsmanagement, dan heb ik op 27 juni mijn eerstvolgende cursus omgevingsmanagement. Bedankt voor het luisteren.